Doorgaan naar hoofdcontent

Botsingen die geen ruzies zijn

Botsingen zijn er in soorten en maten.
Er zijn de botsingen van het type 'ik wil dat jij iets doet, waarvan jij vindt dat het overbodig is'.
In relaties waar beide partners gezond zijn zal zo'n conflict terecht ontstaan, als de spreker de ander wil overtuigen van het eigen gelijk.
In een relatie echter waar de spreker de ander wijst op iets dat gezondheidsbevorderend is ligt het een stuk complexer. Dan kan zo'n aansporend bedoelde opmerking om toch vooral dit of dat te doen, onverwacht het startpunt vormen voor een dag vol conflicten en onverzettelijke weerspannigheid bij de aangesprokene. En de spreker voelt gaandeweg de dag de moed meer en meer in de schoenen zinken, omdat het gewenste en gezondheidsbevorderende gedrag nu nog minder vanzelfspreekt dan voordat de opmerking klonk. Er komt een vaag soort schuldgevoel naar boven in de categorie 'had ik mijn mond maar gehouden', wat onmogelijk was op het moment van spreken omdat het een gewone opmerking betrof die zelfs uitnodigend van aard bedoeld was.
Om het vage van bovenstaande te concretiseren een recente versie van zo'n gemaakte opmerking:
'Heb je al geluncht vandaag?'
Het antwoord blijkt nee, maar er volgt een 'ja, om half twaalf'. Dat het op het moment dat de vraag gesteld wordt al na vijven is en de avondmaaltijd al nadert blijkt irrelevant gevonden te worden. Toegeven dat de genuttigde maaltijd eigenlijk een zeer laat ontbijt was, wegens pas omstreeks half elf opgestaan zijn, maakt het er niet beter op.

Er zijn ook geheel andere botsingen. Meer van het type 'ik heb last van je en jij hebt last van mij'. In dergelijke situaties zou bij een relatie tussen twee gezonde mensen de vraag op kunnen komen hoe stevig de relatie eigenlijk is en of er niet gesproken moet worden over dit verschijnsel.
In een relatie echter waar de een aan allerlei kwalen leidt en ook de ander niet van kwalen vrij is, kan het om iets geheel anders gaan. De eigen kwalen kwellen soms zozeer dat elk contact met een medemens dat niet perfect reageert een zware belasting vormt. Als er dan een niet perfecte opmerking gemaakt wordt, op een niet perfecte toon, kan al snel de vlam in de pan slaan. Gemoederen lopen hoog op, het wordt bijkans gewelddadig, ware het niet dat het bij verbaal geweld stopt, omdat beide geliefden ten allen tijde zich er nog van bewust blijven de ander niet opzettelijk te willen raken, verbaal of anderszins.
Temidden van zo'n hoog risico conflict staan beide geliefden op zeer gespannen voet en het vergt uiterste zelfbeheersing om uit de situatie te stappen en zelf op zoek te gaan naar manieren om het eigen gemoed te bedaren, teneinde de confrontatie met het mogelijk nog niet bedaarde andere gemoed weer aan te kunnen.
De liefde creƫert een speelveld waarin die ruimte genomen en gevonden wordt. Tot er een verzoening plaats kan vinden en indien nodig een wederzijdse verklaring voor de dieper liggende eigen oorzaak van deze uitval die nogal escaleerde.

En dan zijn er ook nog de botsingen van het type 'ik zeg iets en jij hoort iets geheel anders'.
Is zo'n situatie er bij een relatie tussen gezonde mensen dan kan kalm verklaard dat er een misverstaan plaatsvond en wordt herhaald wat wel de uitspraak was en verloopt het gesprek verder kalm.
In een relatie echter waar de ene geliefde onder hoogspanning leeft en de andere geliefde argwaan als metgezel heeft is het niet eenvoudig om zo'n misverstane opmerking snel weer in goede banen te leiden. Het kan een hoogrisico conflict worden als niet snel genoeg bemerkt wordt dat er iets geheel anders gehoord werd dan gezegd wou zijn. Dat voorkomen is cruciaal, dus inbinden en excuses maken voor de niet uitgesproken woorden is soms een te verkiezen route. 'Sorry dat het klonk alsof ik je een verwijt maakte, ik wou iets anders zeggen.'
Pogingen te herhalen wat gezegd was zijn gevaarlijk als de stemming al tezeer was omgeslagen naar kritiek. Immers, oren die iets anders horen zullen bij dezelfde klanken dezelfde reactie produceren en ditmaal met meer pathos, vanwege de herhaling van het vergrijp.
Dat het geenszins zo bedoeld was, kan nergens meer landen, het blijft doelloos zweven in de lucht tot het gegrepen kan worden en er een nieuw verstaan mogelijk is.

Zo zijn er diverse situaties waarin botsingen op de loer liggen.
Schipperen is dan het devies. Manoeuvreren tussen de klippen door om geen averij op te lopen. En snel de wind weer in de zeilen zien te krijgen om op een andere koers verder te kunnen varen.
Een huwelijksboot heeft baat bij kalme zee en aflandige wind. Dan is de reis eenvoudig en het uitzicht vrij.
Botsingen komen meer voor als er een haven in zicht is of net achtergelaten werd.
Het land is onveilig, de zee een oceaan van mogelijkheden.

Laag water speelt met de boot en laat het strand tot zandbank verworden waar het kalm wachten is op hoog water dat het schip weer vlot kan trekken.
De zomer is begonnen, tijd van grotere kans op botsingen en meer behoefte aan open zee.

Het is te hopen dat het stijgende water niet bestaat uit waterlanders.

Reacties

Populaire posts van deze blog

'Je bent het mantelzorgen moe.' 'Maar ik ben jou niet moe!'

Samen in slaap proberen te vallen. Hij pakt haar hand.  Af en toe een opmerking, maar vooral samen stil zijn in de nacht.  Zo begon de laatste nacht samen.  Samen liggen, de een diep in slaap, de ander wakend. Zij kijkt naar hem.  Af en toe raakt ze hem aan, luistert naar zijn ademhaling.  Zo verliep de nacht nadat een arts kalmerende stoffen had toegediend.  In de vroege ochtend staat ze op. Slapen lukt toch niet meer.  Het is al licht.  De hond wil graag naar buiten en zo geschiedt.  De hond draalt rondjes om het huis heen, wil niet heel ver weg.  Tot hij besluit toch wat verder weg te lopen.  Terug bij het huis wordt er al naar ze uitgekeken.  Kom snel, hij blaast zijn laatste adem uit.  Bij het bed aangekomen blijkt dat moment al even voorbij te zijn.  Hij is er niet meer.  Zij stort in.  Tranen stromen en blijven stromen, zijn niet meer te stoppen, minutenlang.  Een kwartier verstrijkt en nog zit ze daar naast hem, hem strelend en tranen over haar gezicht.  Een half uur later gaat

Thuis

Op zondagochtend belt het ziekenhuis. De nier waarden zijn zo slecht dat er een beslissing genomen moet worden.  En gezien het gesprek dat de dag ervoor gevoerd is ligt het voor de hand niet vanzelfsprekend een behandeling in te zetten waarvoor wederom iets in het lichaam geprikt moet worden. Rond het middaguur treffen beide geliefden elkaar en bespreken kort wat er aan de hand is en wat nu de beste stap is. Naar huis wordt de uitkomst.  Dit moet dan maar het einde zijn. Geen behandelingen meer.  Geen gedoe. Geen kunstmatige zaken die ook achterwege kunnen blijven.  Voorbereidingen voor naar huis gaan worden getroffen en tegen de avond is het dan zover. Thuis.  Thuiszorg komt langs en de Dokterswacht. Een rustige avond en nacht kan beginnen, zo is de gedachte.  Halverwege de avond komen onverwacht de beide dochters aan. Een fijne verrassing.  Ze reageerden op het telefoontje vanuit het ziekenhuis dat beide geliefden niet zelf pleegden omdat ergens in de afgelopen weken de verstandhoudi

Nuchter

Als de zaalarts net besloten heeft dat een CT-scan van de buik vandaag noodzakelijk is ontmoeten beide geliefden elkaar weer. Vroeger dan gebruikelijk, een van de voordelen van een weekenddag.  De arts is vriendelijk en overtuigend en vertrekt als het plan alle aanwezigen helder is. De verpleegkundige blijft nog achter.  Ze neemt nadrukkelijk de tijd om door te praten. Stelt de juiste vragen, luistert echt naar de nog niet geheel verwoorde gevoelens en gedachten. Eindelijk wordt hardop uitgesproken waar al langer over nagedacht wordt, willen wat kan is dat de aangewezen route nog wel? De verpleegkundige is oprecht in haar reacties en een eerlijk gesprek ontspint zich.  Hoe is de verwachting nu werkelijk? Is het wel mogelijk om weer zo op krachten te komen dat normaal zelfstandig bewegen door de ruimte - hoe klein ook - mogelijk is? Want als dat niet het geval is, is elke handeling dan niet zeer discutabel en een vorm van rekken geworden?  Is bestralen wel de juiste route? Het gesprek v