Doorgaan naar hoofdcontent

Stralende ogen

Een verraste blik, na een dag van slapen als gevolg van een zware terugval gedurende de nacht, het is een zonnestraal op een bewolkte dag.
Licht in de ogen, blijdschap op het gezicht, want dit is verheugend nu gedacht werd dat de ruimte alweer leeg was. 
Natuurlijk zijn beide geliefden samen vandaag, na een nacht die het ziekenhuis ertoe aanzette het thuisfront in te lichten over die barre nacht en uit te nodigen ruim voor het bezoekuur al te komen voor een gesprek met de arts.
Complicaties, daarover gaat het telkens opnieuw. 
De gevonden problemen van een ontsteking rond een aneurysma in de grote slagaderlijke aftakking richting linkerbeen hadden in de nacht gezorgd voor Sepsis, vermoedelijk als gevolg van de geplaatste stent die de ader open moet houden zonder verder gevaar.
Het was een tijdelijke oplossing die nu zelf oorzaak geworden was van een nieuwe complicatie.
Aan de telefoon leek, hoewel de situatie nu stabiel was, de ernst van de situatie groot.
Gealarmeerd elkaar weer treffen op een ongebruikelijk tijdstip en samen de details te horen krijgen van de zaalarts was reden geweest om aan te geven dat er nu genoeg besproken was. 
Horen wat er mis is heeft een grens.
Waar de een in het ziekbed bij voorkeur uitgaat van het moment en wat er goed gaat in dat moment, heeft de ander naast het ziekbed behoefte aan informatie, bij voorkeur tot in de kleinste details. 
Alles om gerustgesteld te worden, een behoefte van beiden.
Maar de echte geruststelling zit in de opmerking 'slimmerik' als blijkt dat niet alle toebehoren voor de stoma meegenomen zijn in de haast van vertrek.
En in de blik die stralend verheugd is over het ontwaren van de aanwezigheid van de ander. 
De onrustig gestarte dag lijkt een gunstig verloop te kennen en biedt kalmte om het noodgedwongen vertrek op de avond weer aan te kunnen.
Blijven is alleen aan de orde ingeval het instabiel of slecht zou gaan. 
Een goed teken dus dat het dit keer niet is toegestaan.
Morgen zal het beter zijn. 

Reacties

  1. Wat schrijf je dit zo op dat ik er bijna bij ben en het meevoel. Dank je wel.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

'Je bent het mantelzorgen moe.' 'Maar ik ben jou niet moe!'

Samen in slaap proberen te vallen. Hij pakt haar hand.  Af en toe een opmerking, maar vooral samen stil zijn in de nacht.  Zo begon de laatste nacht samen.  Samen liggen, de een diep in slaap, de ander wakend. Zij kijkt naar hem.  Af en toe raakt ze hem aan, luistert naar zijn ademhaling.  Zo verliep de nacht nadat een arts kalmerende stoffen had toegediend.  In de vroege ochtend staat ze op. Slapen lukt toch niet meer.  Het is al licht.  De hond wil graag naar buiten en zo geschiedt.  De hond draalt rondjes om het huis heen, wil niet heel ver weg.  Tot hij besluit toch wat verder weg te lopen.  Terug bij het huis wordt er al naar ze uitgekeken.  Kom snel, hij blaast zijn laatste adem uit.  Bij het bed aangekomen blijkt dat moment al even voorbij te zijn.  Hij is er niet meer.  Zij stort in.  Tranen stromen en blijven stromen, zijn niet meer te stoppen, minutenlang.  Een kwartier verstrijkt en nog zit ze daar naast hem, hem strelend en tranen over haar gezicht.  Een half uur later gaat

Thuis

Op zondagochtend belt het ziekenhuis. De nier waarden zijn zo slecht dat er een beslissing genomen moet worden.  En gezien het gesprek dat de dag ervoor gevoerd is ligt het voor de hand niet vanzelfsprekend een behandeling in te zetten waarvoor wederom iets in het lichaam geprikt moet worden. Rond het middaguur treffen beide geliefden elkaar en bespreken kort wat er aan de hand is en wat nu de beste stap is. Naar huis wordt de uitkomst.  Dit moet dan maar het einde zijn. Geen behandelingen meer.  Geen gedoe. Geen kunstmatige zaken die ook achterwege kunnen blijven.  Voorbereidingen voor naar huis gaan worden getroffen en tegen de avond is het dan zover. Thuis.  Thuiszorg komt langs en de Dokterswacht. Een rustige avond en nacht kan beginnen, zo is de gedachte.  Halverwege de avond komen onverwacht de beide dochters aan. Een fijne verrassing.  Ze reageerden op het telefoontje vanuit het ziekenhuis dat beide geliefden niet zelf pleegden omdat ergens in de afgelopen weken de verstandhoudi

Nuchter

Als de zaalarts net besloten heeft dat een CT-scan van de buik vandaag noodzakelijk is ontmoeten beide geliefden elkaar weer. Vroeger dan gebruikelijk, een van de voordelen van een weekenddag.  De arts is vriendelijk en overtuigend en vertrekt als het plan alle aanwezigen helder is. De verpleegkundige blijft nog achter.  Ze neemt nadrukkelijk de tijd om door te praten. Stelt de juiste vragen, luistert echt naar de nog niet geheel verwoorde gevoelens en gedachten. Eindelijk wordt hardop uitgesproken waar al langer over nagedacht wordt, willen wat kan is dat de aangewezen route nog wel? De verpleegkundige is oprecht in haar reacties en een eerlijk gesprek ontspint zich.  Hoe is de verwachting nu werkelijk? Is het wel mogelijk om weer zo op krachten te komen dat normaal zelfstandig bewegen door de ruimte - hoe klein ook - mogelijk is? Want als dat niet het geval is, is elke handeling dan niet zeer discutabel en een vorm van rekken geworden?  Is bestralen wel de juiste route? Het gesprek v