Doorgaan naar hoofdcontent

Storm

Na een nacht met veel rumoer vanwege de harde wind, een wakker word moment omdat thuiszorg kwam kijken of er rustig geslapen werd (bij hun vertrek maakte de hond geluid wat wekte) en door pijn aan een schouder die maar blijft opspelen, komt de ochtend te vroeg. 

De hond is uitgelaten - letterlijk en figuurlijk - naar het bed gesneld om de ochtend nogmaals aan te kondigen. Het levert een verschrikte reactie op. Een nog niet helemaal droge hond die met zwiepende staart en neiging tot in je gezicht likken je wekt, is ook wat veel na zo'n nacht. 

Opnieuw komt thuiszorg binnen. Dat terwijl net een kerkdienst online is aangezet en ook de tv weer aangezet werd om als radio te dienen voor de Top 2000. Alles tegelijk. 
Het geeft kortsluiting. 

Gesprek volgt over de pijnbestrijding van de schouderklachten. De tabletten zijn zo goed als op. Maar gisteren waren er twee ingenomen. Dat was dus teveel! Een dubbele dosering van twee keer tien! 
'Nee, het was twee keer vijf.' 'NIET WAAR, kijk dan naar het doosje! - uit de prullenmand wordt het lege doosje opgevist en omhooggehouden - zeg niet dat ik gek ben, IK BEN NIET GEK' 'Nee, je bent niet gek, je bent in de war met de dagen, dat doosje van tien was al eerder op' 'ZEG NIET DAT IK LIEG'

Onverstoorbaar gaat de dame van de thuiszorg verder met haar taken voor de rest van de medicatie. Haar kalmte helpt om het niet verder te laten escaleren. 
'Er kan gebeld voor nieuwe pijnbestrijdingsmedicatie, via de huisartsenpost en de spoedeisende apotheek.'
Het valt in goede aarde en gelukkig is de dame van de thuiszorg bereid en in staat om dat telefoontje te plegen. 
Langzaam daalt weer meer rust neer. Het geluid van de kerkdienst was al stopgezet, de deur naar de televisie met schallende muziek dicht gedaan. 

Na het telefoontje komt langzaam de helderheid weer terug. De medicatie is inmiddels ingenomen en begint al te werken. 
'Waarom geven ze dan ook twee doosjes die zo op elkaar lijken?' Het doosje dat omhooggehouden werd bleek wel degelijk de vijf versie te zijn en niet zoals gemeend de tien. 
'Oh, dus ik heb wel gewoon twee keer vijf gehad en niet twee keer tien.'
'Inderdaad.'

Nu alles weer opgelost is komt de vriendelijke aard ook weer tevoorschijn. 
'Sorry hoor, dat ik zo uitviel.'

De dame van de thuiszorg maakt nog wat notities en vertrekt met de aankondiging dat ze vandaag nogmaals komen zal. 
Tussendoor zal de medicatie klaarliggen en opgehaald kunnen worden. 

Als alles weer in orde is, de kerkdienst weer aanstaat (de deur naar de televisie nog dicht) en de handen de rommel in de keuken wegwerken, stromen er ineens tranen. In stilte. Door een lied over Jezus, die een ware vriend is. 

Het zijn warme tranen. 
Rollend uit liefde. 

Voor deze man die zo'n last heeft van zijn lichaam, dat hij zijn geest niet meer onder controle houden kan. 
Zielsveel liefde. 
Wederzijds. 

Hulp bij het aandoen van een trui blijkt nodig. Een knuffel volgt. 
De storm buiten raast verder. 


Reacties

Populaire posts van deze blog

'Je bent het mantelzorgen moe.' 'Maar ik ben jou niet moe!'

Samen in slaap proberen te vallen. Hij pakt haar hand.  Af en toe een opmerking, maar vooral samen stil zijn in de nacht.  Zo begon de laatste nacht samen.  Samen liggen, de een diep in slaap, de ander wakend. Zij kijkt naar hem.  Af en toe raakt ze hem aan, luistert naar zijn ademhaling.  Zo verliep de nacht nadat een arts kalmerende stoffen had toegediend.  In de vroege ochtend staat ze op. Slapen lukt toch niet meer.  Het is al licht.  De hond wil graag naar buiten en zo geschiedt.  De hond draalt rondjes om het huis heen, wil niet heel ver weg.  Tot hij besluit toch wat verder weg te lopen.  Terug bij het huis wordt er al naar ze uitgekeken.  Kom snel, hij blaast zijn laatste adem uit.  Bij het bed aangekomen blijkt dat moment al even voorbij te zijn.  Hij is er niet meer.  Zij stort in.  Tranen stromen en blijven stromen, zijn niet meer te stoppen, minutenlang.  Een kwartier verstrijkt en nog zit ze daar naast hem, hem strelend en tranen over haar gezicht.  Een half uur later gaat

Thuis

Op zondagochtend belt het ziekenhuis. De nier waarden zijn zo slecht dat er een beslissing genomen moet worden.  En gezien het gesprek dat de dag ervoor gevoerd is ligt het voor de hand niet vanzelfsprekend een behandeling in te zetten waarvoor wederom iets in het lichaam geprikt moet worden. Rond het middaguur treffen beide geliefden elkaar en bespreken kort wat er aan de hand is en wat nu de beste stap is. Naar huis wordt de uitkomst.  Dit moet dan maar het einde zijn. Geen behandelingen meer.  Geen gedoe. Geen kunstmatige zaken die ook achterwege kunnen blijven.  Voorbereidingen voor naar huis gaan worden getroffen en tegen de avond is het dan zover. Thuis.  Thuiszorg komt langs en de Dokterswacht. Een rustige avond en nacht kan beginnen, zo is de gedachte.  Halverwege de avond komen onverwacht de beide dochters aan. Een fijne verrassing.  Ze reageerden op het telefoontje vanuit het ziekenhuis dat beide geliefden niet zelf pleegden omdat ergens in de afgelopen weken de verstandhoudi

Nuchter

Als de zaalarts net besloten heeft dat een CT-scan van de buik vandaag noodzakelijk is ontmoeten beide geliefden elkaar weer. Vroeger dan gebruikelijk, een van de voordelen van een weekenddag.  De arts is vriendelijk en overtuigend en vertrekt als het plan alle aanwezigen helder is. De verpleegkundige blijft nog achter.  Ze neemt nadrukkelijk de tijd om door te praten. Stelt de juiste vragen, luistert echt naar de nog niet geheel verwoorde gevoelens en gedachten. Eindelijk wordt hardop uitgesproken waar al langer over nagedacht wordt, willen wat kan is dat de aangewezen route nog wel? De verpleegkundige is oprecht in haar reacties en een eerlijk gesprek ontspint zich.  Hoe is de verwachting nu werkelijk? Is het wel mogelijk om weer zo op krachten te komen dat normaal zelfstandig bewegen door de ruimte - hoe klein ook - mogelijk is? Want als dat niet het geval is, is elke handeling dan niet zeer discutabel en een vorm van rekken geworden?  Is bestralen wel de juiste route? Het gesprek v