Doorgaan naar hoofdcontent

Up to date

Een brief, die meldt dat je iets moet doen om te handhaven wat al bestaat en goed werkt.
Okee, een brief, die moet afgehandeld, daar moet je iets mee. Even terzijde leggen en doen als het moment daar is.
Het moment dient zich nooit aan, de brief ligt te verstoffen en intussen wordt gewoon het huis schoon gehouden. Niemand die zich nog om de brief bekommert.

Het nieuwe jaar begint onstuimig, er zijn gezondheidsproblemen, een spoedziekenhuisopname in de eerste dagen van het jaar, ruim een week later pas weer richting huis, voortaan driemaaldaags een spoeling van een drain, tot nader order. Tussen dat moment van naar huis gaan en de dag van vandaag liggen alweer vele afspraken met artsen van diverse pluimage, om uiteenlopende redenen, niet alles gerelateerd aan de spoeling van de drain, er is immers nog heel wat meer gaande.

De brief. Oh ja, daar moest iets mee. Ergens in het achterhoofd plopt die kennis telkens weer op, maar vindt amper een route naar het bewuste denken. Er is immers zoveel om aan en over te denken. Het leven is amper nog leefbaar, de dagen dat er even niets buitenshuis te doen is komen meer en meer over als vakantiedagen, een luwte temidden van de stormen die woeden.
En ja, het wachten op een operatie is ook nog steeds gaande. Het voelt accuut, het blijkt nog steeds datumloos en hoe gaat dat eigenlijk verder daarna?
Veel om over na te denken, veel om door afgeleid te raken. Er was iets met een brief, maar hoe zat het ook alweer?

Dan komt de dag dat het huis niet schoongehouden wordt. Had de hulp het verkeerd begrepen? Was er een misverstand over de datum? Alleen de middag zou benut worden voor een afleidend uitje naar een interessante locatie. De ochtend stond voor de hulp gepland.

Als de vraagtekens in het hoofd geen antwoord vinden kan er eindelijk her en der informatie ingewonnen over deze gekke gang van zaken.
En wat blijkt, het is de brief!

Vanmorgen bleek dat de brief de reden is dat niet alleen afgelopen week, maar als het niet opgelost gaat worden ook de komende acht weken minstens, de hulp niet kwam of komen zal.

Er is overleg geweest tussen de organisatie die de hulp stuurt en de gemeente die de brief verzond.
En in tegenstelling tot wat te verwachten viel is niet een oplossing gevonden en het bestaande aanbod aan hulp gehandhaafd. Nee, het is volgens de contactpersoon van de gemeente noodzakelijk dat er opnieuw een keukentafelgesprek plaats gaat vinden.

Het was toch de bedoeling van de wetgever dat zij die hulp ontvangen dat blijven ontvangen, ook als ze zelf niet geheel bij machte zijn dat te organiseren?
De mantelzorger kan niet langer mantelzorgen, het is inmiddels regelen en organiseren van dat wat geregeld en georganiseerd was.

Nu maar hopen dat de contactpersoon van de gemeente de mantelzorger niet er op af gaat rekenen dat de brief nooit beantwoord is.

De mondelinge contacten hadden dat spoor nooit bekeken. Er was in het vorige jaar wel degelijk een telefonisch contactmoment geweest. Helaas is toen geen woord aan de brief gewijd.
We wachten het weer af.
Zoals zoveel momenteel in afwachten terechtgekomen is.

Die datum voor de operatie.....misschien komt daar wel een brief over!

Reacties

Populaire posts van deze blog

'Je bent het mantelzorgen moe.' 'Maar ik ben jou niet moe!'

Samen in slaap proberen te vallen. Hij pakt haar hand.  Af en toe een opmerking, maar vooral samen stil zijn in de nacht.  Zo begon de laatste nacht samen.  Samen liggen, de een diep in slaap, de ander wakend. Zij kijkt naar hem.  Af en toe raakt ze hem aan, luistert naar zijn ademhaling.  Zo verliep de nacht nadat een arts kalmerende stoffen had toegediend.  In de vroege ochtend staat ze op. Slapen lukt toch niet meer.  Het is al licht.  De hond wil graag naar buiten en zo geschiedt.  De hond draalt rondjes om het huis heen, wil niet heel ver weg.  Tot hij besluit toch wat verder weg te lopen.  Terug bij het huis wordt er al naar ze uitgekeken.  Kom snel, hij blaast zijn laatste adem uit.  Bij het bed aangekomen blijkt dat moment al even voorbij te zijn.  Hij is er niet meer.  Zij stort in.  Tranen stromen en blijven stromen, zijn niet meer te stoppen, minutenlang.  Een kwartier verstrijkt en nog zit ze daar naast hem, hem strelend en tranen over haar gezicht.  Een half uur later gaat

Thuis

Op zondagochtend belt het ziekenhuis. De nier waarden zijn zo slecht dat er een beslissing genomen moet worden.  En gezien het gesprek dat de dag ervoor gevoerd is ligt het voor de hand niet vanzelfsprekend een behandeling in te zetten waarvoor wederom iets in het lichaam geprikt moet worden. Rond het middaguur treffen beide geliefden elkaar en bespreken kort wat er aan de hand is en wat nu de beste stap is. Naar huis wordt de uitkomst.  Dit moet dan maar het einde zijn. Geen behandelingen meer.  Geen gedoe. Geen kunstmatige zaken die ook achterwege kunnen blijven.  Voorbereidingen voor naar huis gaan worden getroffen en tegen de avond is het dan zover. Thuis.  Thuiszorg komt langs en de Dokterswacht. Een rustige avond en nacht kan beginnen, zo is de gedachte.  Halverwege de avond komen onverwacht de beide dochters aan. Een fijne verrassing.  Ze reageerden op het telefoontje vanuit het ziekenhuis dat beide geliefden niet zelf pleegden omdat ergens in de afgelopen weken de verstandhoudi

Nuchter

Als de zaalarts net besloten heeft dat een CT-scan van de buik vandaag noodzakelijk is ontmoeten beide geliefden elkaar weer. Vroeger dan gebruikelijk, een van de voordelen van een weekenddag.  De arts is vriendelijk en overtuigend en vertrekt als het plan alle aanwezigen helder is. De verpleegkundige blijft nog achter.  Ze neemt nadrukkelijk de tijd om door te praten. Stelt de juiste vragen, luistert echt naar de nog niet geheel verwoorde gevoelens en gedachten. Eindelijk wordt hardop uitgesproken waar al langer over nagedacht wordt, willen wat kan is dat de aangewezen route nog wel? De verpleegkundige is oprecht in haar reacties en een eerlijk gesprek ontspint zich.  Hoe is de verwachting nu werkelijk? Is het wel mogelijk om weer zo op krachten te komen dat normaal zelfstandig bewegen door de ruimte - hoe klein ook - mogelijk is? Want als dat niet het geval is, is elke handeling dan niet zeer discutabel en een vorm van rekken geworden?  Is bestralen wel de juiste route? Het gesprek v