Veel kun je nog zelf. Veel doe je nog zelf. Veel is er dus niet nodig aan sturing of begeleiding, zo op het oog.
Maar dan ga ik kijken wat de dingen zijn die ik doe en kom met een schok tot de ontdekking dat je weliswaar veel zelf kunt en veel zelf doet, maar dat ik wel degelijk sturing en begeleiding geef. Het gaat echter zo als vanzelf dat het in jouw en mijn ogen niets om het lijf heeft.
Ik zie je worstelen met feiten die je nodig hebt en ik reik je de tekst of de getallen aan zonder er iets aan toe te voegen. Informatie zoals een souffleur de toneelspelers uit de brand helpt die hun tekst even missen en wel in hun rol kunnen blijven.
Ik zie je zoeken naar dingen in je eigen hoofd en heb wel een vermoeden van je zoektocht, dus zeg de dingen die je weten wilt alsof ik onderdeel uitmaak van de symfonie die je wilt laten klinken en ik als een van de instrumenten in jouw orkest een rol heb toebedeeld gekregen.
Ik voel dat je uit een situatie weg wilt en besluit namens jou en in jouw belang dat we lang genoeg verbleven hebben op deze plek en ga met jou naar een andere plek. Ik neem de regie over ons gaan en staan en jij beweegt mee als een gewillige acteur die het volste vertrouwen heeft in zijn regisseur.
We spelen op het grote levenstoneel onze rollen als virtuozen en het gaat zo goed dat ik vooral de schitterende muziek hoor van onze oneindige liefde voor elkaar en voorbij kan gaan aan het feit dat we niet beiden als acteur fungeren, maar zeer onderscheiden taken hebben toebedeeld gekregen. Voor jou is de hoofdrol weggelegd, een rol die je op het lijf geschreven is en die ik je van harte gun, omdat ik me toch altijd al meer thuis gevoeld heb in een grote bijrol. Maar ik heb nu behalve de grote bijrol ook de taak van regisseur en souffleur. Belangrijke taken, omdat ze voor jou ondersteunend werken bij je hoofdrol die je speelt alsof je leven ervana fhangt. En in zekere zin hangt het er ook vanaf. Deze rol blijven kunnen spelen is jouw levenstaak geworden. Deze persona kunnen blijven vertolken die het beeld is dat je van jezelf staande wilt houden is een dagtaak die je al je energie kost.
Zijn we samen dan is dirigeren van het orkest vaak meer dan genoeg als ondersteuning in ons bestaan.
Zijn we echter in gezelschap van publiek dat ons toneelstuk kan aanschouwen, dan komt het er op aan en zie ik dat het je bepaald niet vloeiend afgaat, die hoofdrol in je bestaan vasthouden. Ik krijg steeds grotere delen te souffleren, ik krijg steeds meer regieaanwijzingen uit te delen, ik krijg een steeds prominentere bijrol toebedeeld. En beetje bij beetje wordt je hoofdrol een zwijgende aanwezigheid of een monoloog waar vooral geen tegenspel in voor moet komen, omdat je dan de tekst kwijtraakt en zelfs vergeet wat je rol ook alweer was.
Het lied van ons leven is nog lang niet verstomd. Toch realiseer ik me elke dag meer dat het van een majeur klank die we er zelf in leggen verwordt tot een mineur klank die niet meer te ontkennen valt.
De tragiek van het bestaan.
De mineurklanken zijn niet triest, wij kunnen dat telkens weer voorkomen, maar de grondtoon is verschoven, de luchtigheid en het speelse van het spel van ons samen is nu nog slechts in een intermezzo terug te vinden, het bedrijf dat we spelen is definitief richting doek aan het gaan.
Maar dan ga ik kijken wat de dingen zijn die ik doe en kom met een schok tot de ontdekking dat je weliswaar veel zelf kunt en veel zelf doet, maar dat ik wel degelijk sturing en begeleiding geef. Het gaat echter zo als vanzelf dat het in jouw en mijn ogen niets om het lijf heeft.
Ik zie je worstelen met feiten die je nodig hebt en ik reik je de tekst of de getallen aan zonder er iets aan toe te voegen. Informatie zoals een souffleur de toneelspelers uit de brand helpt die hun tekst even missen en wel in hun rol kunnen blijven.
Ik zie je zoeken naar dingen in je eigen hoofd en heb wel een vermoeden van je zoektocht, dus zeg de dingen die je weten wilt alsof ik onderdeel uitmaak van de symfonie die je wilt laten klinken en ik als een van de instrumenten in jouw orkest een rol heb toebedeeld gekregen.
Ik voel dat je uit een situatie weg wilt en besluit namens jou en in jouw belang dat we lang genoeg verbleven hebben op deze plek en ga met jou naar een andere plek. Ik neem de regie over ons gaan en staan en jij beweegt mee als een gewillige acteur die het volste vertrouwen heeft in zijn regisseur.
We spelen op het grote levenstoneel onze rollen als virtuozen en het gaat zo goed dat ik vooral de schitterende muziek hoor van onze oneindige liefde voor elkaar en voorbij kan gaan aan het feit dat we niet beiden als acteur fungeren, maar zeer onderscheiden taken hebben toebedeeld gekregen. Voor jou is de hoofdrol weggelegd, een rol die je op het lijf geschreven is en die ik je van harte gun, omdat ik me toch altijd al meer thuis gevoeld heb in een grote bijrol. Maar ik heb nu behalve de grote bijrol ook de taak van regisseur en souffleur. Belangrijke taken, omdat ze voor jou ondersteunend werken bij je hoofdrol die je speelt alsof je leven ervana fhangt. En in zekere zin hangt het er ook vanaf. Deze rol blijven kunnen spelen is jouw levenstaak geworden. Deze persona kunnen blijven vertolken die het beeld is dat je van jezelf staande wilt houden is een dagtaak die je al je energie kost.
Zijn we samen dan is dirigeren van het orkest vaak meer dan genoeg als ondersteuning in ons bestaan.
Zijn we echter in gezelschap van publiek dat ons toneelstuk kan aanschouwen, dan komt het er op aan en zie ik dat het je bepaald niet vloeiend afgaat, die hoofdrol in je bestaan vasthouden. Ik krijg steeds grotere delen te souffleren, ik krijg steeds meer regieaanwijzingen uit te delen, ik krijg een steeds prominentere bijrol toebedeeld. En beetje bij beetje wordt je hoofdrol een zwijgende aanwezigheid of een monoloog waar vooral geen tegenspel in voor moet komen, omdat je dan de tekst kwijtraakt en zelfs vergeet wat je rol ook alweer was.
Het lied van ons leven is nog lang niet verstomd. Toch realiseer ik me elke dag meer dat het van een majeur klank die we er zelf in leggen verwordt tot een mineur klank die niet meer te ontkennen valt.
De tragiek van het bestaan.
De mineurklanken zijn niet triest, wij kunnen dat telkens weer voorkomen, maar de grondtoon is verschoven, de luchtigheid en het speelse van het spel van ons samen is nu nog slechts in een intermezzo terug te vinden, het bedrijf dat we spelen is definitief richting doek aan het gaan.
Ontroerend diepzinnig mooi ....Klaske
BeantwoordenVerwijderenHeel mooi verwoord ....
BeantwoordenVerwijderen