Doorgaan naar hoofdcontent

Pinksterzondag

De dag start op een andere afdeling.
Hier wordt zeer nauwkeurig bijgehouden hoe hart, longen en ademhaling zich gedragen. Noodzakelijk omdat er gistermiddag via een CT-scan geconstateerd is dat er iets grondig mis is in het hoofd. Na drie volle dagen hoofdpijn en ineens dubbel gaan zien een voor de hand liggend onderzoek.
De uitkomst was minder vanzelfsprekend en baarde onmiddellijk grote zorgen. 
Druk op de hersenen op een cruciaal punt dat levensbedreigend uit kan pakken. 

Vandaag is dat gevaar geweken en kan de aandacht verlegd naar de oorzaak van het ontstaan van die druk. 
Maar nadat gemeld is dat er een MRI gaat komen spelen andere zaken op. 
Dusdanig accuut dat nu ander onderzoek wordt ingezet. 
Een foto. Niet gemaakt via de spleet in de luxaflex waar het verblijf naartoe verplaatst is wegens noodzakelijke meetapparatuur, maar via een mobiel röntgenapparaat dat op locatie foto's maken kan zonder het bed uit te hoeven. 
De zieke in het bed was even tevoren nog gerustgesteld dat er werkelijk niemand hem bestudeerde via die spleet. 
Dat er daarachter een bed is en een kussen zichtbaar en geen kijkende persoon die controle uitoefent. 
Nee, ook niet via ogen in zijn rug, die letterlijk bekeken dan in zijn achterhoofd zouden moeten zitten. 

'Dus toch een foto', klinkt het als de röntgenfotoapparatuur boven het bed gerold wordt. 
'Ja, maar deze foto weet je, dit kun je zien, deze is echt!' 
Het wordt gelaten ondergaan. De kalmerende muziek van een vioolconcert moest er immers voor onderbroken worden. Het lichaam sputtert nog onder de veel te hoge glucosewaarden die uitgelokt zijn door het noodzakelijke levensreddende medicijn. 
Alles is van slag. 

Als de fotograferende verpleegkundige de ruimte verlaten heeft daalt voor het eerst vandaag iets van rust neer. 
De muziek klinkt via de koptelefoon, de adem wordt gelijkmatig, de houding meer ontspannen. 
En intussen verschijnen deze woorden. 
Ankers in een zee van onzekerheid en wachten op uitkomsten van onderzoeken en beslissingen die genomen worden ten aanzien van TPV en insulinebeleid. 

Tot twee keer toe zijn de bloemen, die gisteren het Pinksterweekend wat fleur hadden moeten bieden tot de waarschijnlijke ontslagdag van aanstaande dinsdag, verplaatst. 
Eerst naar een andere verdieping. 
Toen naar een andere kamer. 
De eenpersoonsruimte is weer veranderd in een tweepersoonskamer met kamergenoot. 

De onrust van steeds opnieuw mensen aan het bed vult de dag en maakt verblijf vermoeiender dan thuis zijn zou doen. 
Dat het noodzakelijk is verstoort het laatste restje innerlijke rust nog verder. 

Op hoop van zegen houden beide geliefden elkaar gezelschap. 
In stilte. 
Er is al meer dan genoeg rumoer! 


Reacties

Populaire posts van deze blog

'Je bent het mantelzorgen moe.' 'Maar ik ben jou niet moe!'

Samen in slaap proberen te vallen. Hij pakt haar hand.  Af en toe een opmerking, maar vooral samen stil zijn in de nacht.  Zo begon de laatste nacht samen.  Samen liggen, de een diep in slaap, de ander wakend. Zij kijkt naar hem.  Af en toe raakt ze hem aan, luistert naar zijn ademhaling.  Zo verliep de nacht nadat een arts kalmerende stoffen had toegediend.  In de vroege ochtend staat ze op. Slapen lukt toch niet meer.  Het is al licht.  De hond wil graag naar buiten en zo geschiedt.  De hond draalt rondjes om het huis heen, wil niet heel ver weg.  Tot hij besluit toch wat verder weg te lopen.  Terug bij het huis wordt er al naar ze uitgekeken.  Kom snel, hij blaast zijn laatste adem uit.  Bij het bed aangekomen blijkt dat moment al even voorbij te zijn.  Hij is er niet meer.  Zij stort in.  Tranen stromen en blijven stromen, zijn niet meer te stoppen, minutenlang.  Een kwartier verstrijkt en nog zit z...

Nuchter

Als de zaalarts net besloten heeft dat een CT-scan van de buik vandaag noodzakelijk is ontmoeten beide geliefden elkaar weer. Vroeger dan gebruikelijk, een van de voordelen van een weekenddag.  De arts is vriendelijk en overtuigend en vertrekt als het plan alle aanwezigen helder is. De verpleegkundige blijft nog achter.  Ze neemt nadrukkelijk de tijd om door te praten. Stelt de juiste vragen, luistert echt naar de nog niet geheel verwoorde gevoelens en gedachten. Eindelijk wordt hardop uitgesproken waar al langer over nagedacht wordt, willen wat kan is dat de aangewezen route nog wel? De verpleegkundige is oprecht in haar reacties en een eerlijk gesprek ontspint zich.  Hoe is de verwachting nu werkelijk? Is het wel mogelijk om weer zo op krachten te komen dat normaal zelfstandig bewegen door de ruimte - hoe klein ook - mogelijk is? Want als dat niet het geval is, is elke handeling dan niet zeer discutabel en een vorm van rekken geworden?  Is bestralen wel de juiste r...

2e Pinsterdag (deel 2)

De stem klinkt weer normaal, de praat staat weer aan, de woordenstroom is amper te stuiten, nu de hoofdpijn geweken is en de blik weer richting normaal neigt. De vervormingen worden amper als bijzonder opgemerkt, dus niet benoemd tegen de verpleging. Totdat de geliefde ernaar vraagt in bijzijn van een van hen.  'Ja, dubbelzien is er nog wel een beetje.' En verder gaat het weer, met plannen voor verblijf in Frankrijk, aanschaf van een motor als ornament bij de voordeur, een houten garage in de tuin, waar de tekentafel en het drumstel een plek kunnen vinden naast de cabrio en de wanden gevuld kunnen met grote schilderwerken. Tussen alle plannen door komen anekdotes en verhalen los over de tijd van opleidingen die allemaal cum laude afgesloten werden. De buurman in de ziekenhuiskamer vraagt, als er verhalen langskomen over eervol ontslag bij de marine en de wijde wereld die daarna lonkte, of het vreemdelingenlegioen ook tot de plannen behoorde toen. Gescherend klinkt de vraag, die...