Doorgaan naar hoofdcontent

Terugblik op twee lange weken

Twee weken geleden werd wat een routine afspraak had zullen zijn, het begin van een bizarre dag die eindigde in het ziekenhuis. De routineafspraak leidde tot voor de zekerheid bloedprikken en vervolgens ging een paar uur later de machine weer lopen: veel te hoge ontstekingswaarden in het bloed, spoedeisende hulp, ziekenhuisopname en bij de direct gemaakte CT-scan de volgende onheilstijding over wederom een gezwel.

Twee weken volgden waarin de onwerkelijke dinsdag langzaam landde in de realiteit van alle dagen ziekenhuis voor de een en voortdurend heen en weer tussen kinderen, partner en hond (! Jazeker, die kwam nog niet eerder voor alhier, maar is inmiddels ook verschenen in het leven van beide geliefden) voor de ander.
Twee weken ook waarin langzaam helder werd dat waar het ene probleem opgelost werd een ander probleem leek te ontstaan en een definitieve remedie voor alle ontstane problemen niet eenvoudig te vinden is, tot op heden. De remedie die de patiënt zelf de afgelopen twee weken weleens hardop opperde werd niet als een serieuze mogelijkheid gezien. Een ziekenhuis wil mensen immers genezen en helen en de kans bieden op een bestaan dat langer duurt dan het ziekenhuisverblijf.

Twee weken waren het ook waarin enerzijds goede en zeer goede gesprekken plaatsvonden over intieme zaken en over concrete toekomstplannen en over hoe het leven na het ziekenhuis het beste ondersteund zou kunnen worden en anderzijds gaandeweg steeds weer helder werd hoe onrustige omgevingen een onrust in de geest veroorzaken en hoe onduidelijke berichten opstandige verwarring teweegbrengen. Ook waren er de ochtenden in het begin, waarop als uit een boze droom ontwaakt, er gemeend werd dat het ziekenhuis ontruimd was, met achterlating van deze ene patiënt, die toen maar (ziek en wel) bloedig zijn tas ging staan inpakken. Het leidde tot een kalmere kamer, met maximaal één andere patiënt, waarvan er dan wel weer een stuk of drie langskwamen in die periode van twee weken.

En deze twee weken smokkelden heel wat dagen af van de twee weken die de geliefden als eigen tijd samen zouden doorbrengen, zonder genoemde kinderen en met de hond, die nog moet wennen, vanwege amper langer dan die twee weken in de nieuwe omgeving te zijn.
Gelukkig is de grootste helft van de twee weken nog in aantocht en zal morgen het vertrek uit het ziekenhuis plaatsvinden. Mogelijk, hopelijk, vermoedelijk, alsnog een fijne periode voor de boeg samen!

Er zullen nog onderzoeken volgen, er is op deze dag nog bloed toegediend, dus veel is nog onduidelijk en onzeker. Maar voor nu is er de adempauze van naar huis gaan.
En thuis zo maken dat het zal lijken alsof de dagen weken zijn, opdat de verloren gewaande dagen dubbel en dwars ingehaald kunnen worden.
Morgen begint de vakantie!

Reacties

Populaire posts van deze blog

Ontkenning

Diep van binnen is het ons beiden glashelder wat er speelt en dat het niet over gaat en wel degelijk erger wordt. Diep van binnen wel. Maar daar voeren we onze gesprekken niet. We praten met elkaar aan de oppervlakte, op de waterspiegel. We duiken niet naar beneden, want dat zou betekenen dat we nat gaan, nat worden, mogelijk zelfs kopje onder gaan en niet meer boven kunnen komen. Ik vermoed dat dat jouw angst is. En het is de mijne ook. Omdat ik weet dat als we kopje onder gaan op verschillende momenten we elkaar uit het oog verliezen zullen en mogelijkerwijze elkaar niet meer terug gaan vinden. En dat ben ik koste wat kost aan het voorkomen. Elkaar uit het oog verliezen en nooit meer terugvinden. Dus ik schipper. Ik laat diep van binnen voor wat het is en praat met je over de oppervlakte. De dingen die er in jouw ogen toe doen. De dingen die je zien kunt en begrijpen kunt. De dingen ook waar je je aan hechten kunt omdat ze tastbaar zijn en je geen gevoel vragen, maar gewoon bes...

'Je bent het mantelzorgen moe.' 'Maar ik ben jou niet moe!'

Samen in slaap proberen te vallen. Hij pakt haar hand.  Af en toe een opmerking, maar vooral samen stil zijn in de nacht.  Zo begon de laatste nacht samen.  Samen liggen, de een diep in slaap, de ander wakend. Zij kijkt naar hem.  Af en toe raakt ze hem aan, luistert naar zijn ademhaling.  Zo verliep de nacht nadat een arts kalmerende stoffen had toegediend.  In de vroege ochtend staat ze op. Slapen lukt toch niet meer.  Het is al licht.  De hond wil graag naar buiten en zo geschiedt.  De hond draalt rondjes om het huis heen, wil niet heel ver weg.  Tot hij besluit toch wat verder weg te lopen.  Terug bij het huis wordt er al naar ze uitgekeken.  Kom snel, hij blaast zijn laatste adem uit.  Bij het bed aangekomen blijkt dat moment al even voorbij te zijn.  Hij is er niet meer.  Zij stort in.  Tranen stromen en blijven stromen, zijn niet meer te stoppen, minutenlang.  Een kwartier verstrijkt en nog zit z...

Aan de vooravond

 Vorige week was er de kijkoperatie die al zolang verwacht werd. Morgen vindt het gesprek plaats dat volgt op een dergelijke operatie. En daarna zal de route naar de grote belangrijke Hipec-operatie ingeslagen worden.  Tenminste, zo liggen de kaarten op tafel.  Maar het gesprek dat morgen plaats gaat vinden kan ook elementen gaan bevatten die het denken weer door elkaar kunnen schudden, die de kaarten van tafel kunnen vegen, die de gebaande route onbegaanbaar kunnen lijken laten te zijn.  En dus besloot de een de ander vragen te gaan stellen over het gesprek van morgen. Immers, beter in de vertrouwde omgeving een eventuele uitbarsting krijgen, dan in een setting waar zo'n uitbarsting ook nog opgevat zou kunnen worden als een contra-indicatie voor het ondergaan van de operatie.  Het moet niet zo zijn dat eigen uitingsvormen zo geïnterpreteerd gaan worden dat gemaakte afspraken ineens op losse schroeven komen te staan.  De vragen worden vlot beantwoord. Met d...